Pieter Jan Leusink
Sinds 1983 dirigeerde Pieter Jan Leusink meer dan 250 CD & DVD opnamen, waarvan 5 met goud en 1 met platina werd bekroond. Hij maakte furore tijdens Muziek Festivals door Europa. Internationaal kwam zijn doorbraak met het realiseren van de integrale opnamen van Bach’s 200 geestelijke Cantates (60 CD’s) in het Bach Herdenkingsjaar 2000, waarvan wereldwijd meer dan zes miljoen werden verkocht. Hij concerteerde voor Koningin Beatrix. Voor zijn bijzondere verrichtingen als dirigent, musicus en Bach-specialist werd hij in 2004 benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.
Steeds dichter bij wat Händel bedoeld heeft
Al meer dan 30 jaar dirigeer ik met veel passie diverse klassieke ensembles op de concertpodia in Nederland. In de beginjaren van mijn metier koos ik voor het uitvoeren van een van de best geschreven composities ooit: Messiah van G.F. Händel. Dit deed ik met medewerking van jongenssopranen waardoor het studeren een heel intens traject werd: Maat voor maat, iedere klank en accent moest ik vertalen tijdens het instuderen. Dan leer je een compositie door en door kennen. Het effect van deze muziek op deze jongens in de leeftijd van 8 tot 20 jaar was fantastisch. Zichtbaar aangedaan, gegrepen door de ritmiek liet het hen bruisen.
Bevangen door deze muziek besloot ik in 2006 een traditie te starten met The Bach Choir & Orchestra of the Netherlands, welke was samengesteld uit professionele musici. Nu, ruim een decennium later, is de traditie geborgd en hebben we in Nederland een enorm publiek weten te bekoren met dit machtige werk.
De Messiah wordt niet voor niets omschreven als lichtvoetig en prettig liggend in het gehoor. Hoe zoiets kan ontstaan is toch bijna onbegrijpelijk: noten welke werden opgeschreven in de 18de eeuw kunnen in de hedendaagse hectiek nog steeds veel mensen raken. Wie was deze Duitse man die besloot zich in Engeland te vestigen? En waardoor werd hij beïnvloed tijdens het creatieve proces. De schrijver van dit boek weet zoveel antwoorden te vinden op deze vragen dat het mij ondersteunt in mijn zoektocht naar de ultieme interpretatie.
Tijdens de ontwikkeling van mijn koor en orkest probeer ik steeds dieper in de ziel van de componist te kruipen. En dat komt heel dicht bij mij als persoon. Mijn karakter is onstuimig en daarnaast ben ik onbegrensd gedreven het uiterste uit mijn musici en mezelf te halen. Want alleen dan kan ik de ultieme interpretatie geven. Zonder publiek is het zinloos te muziek te laten horen en daar ben ik me heel erg van bewust. Daar heb ik dus een verantwoording te nemen in mijn vak als dirigent als eerste tegenover de musici. Samen met koor en orkest moet ik de muziek op die wijze aan het publiek te laten horen dat ze worden aangeraakt en het niet meer los kunnen laten. Dat we mensen verleiden terug te komen en weer een concert te boeken. En daar vinden George Frederic Handel en ik elkaar, ook dat is een interessante gewaarwording.